Logo Bijbelvers.net

2 Kronieken 1:11



Statenvertaling
Toen zeide God tot Sálomo: Daarom, dat dit in uw hart geweest is, en gij niet begeerd hebt rijkdom, goederen, noch eer, noch de ziel uwer haters, noch ook vele dagen begeerd hebt; maar wijsheid en wetenschap voor u begeerd hebt, opdat gij Mijn volk mocht richten, waarover Ik u koning gemaakt heb;

Herziene Statenvertaling*
Toen zei God tegen Salomo: Omdat dit in uw hart geweest is en u geen rijkdom, bezittingen en eer gevraagd hebt, of het leven van wie u haat, of zelfs niet een lang leven gevraagd hebt, maar wijsheid en kennis voor uzelf gevraagd hebt, zodat u over Mijn volk, waarover Ik u koning gemaakt hebt, zou kunnen rechtspreken,

Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen zeide God tot Salomo: Omdat dit in uw hart geweest is en gij geen rijkdom, schatten of eer gevraagd hebt, noch het leven van uw haters, en zelfs geen lang leven, maar wijsheid en kennis voor u gevraagd hebt, om mijn volk, waarover Ik u koning gemaakt heb, te richten,

King James Version + Strongnumbers
And God H430 said H559 to Solomon, H8010 Because H3282 - H834 this H2063 was H1961 in H5973 thine heart, H3824 and thou hast not H3808 asked H7592 riches, H6239 wealth, H5233 or honour, H3519 nor the life H5315 of thine enemies, H8130 neither H3808 yet H1571 hast asked H7592 long life; H7227 - H3117 but hast asked H7592 wisdom H2451 and knowledge H4093 for thyself, that H834 thou mayest judge H8199 ( H853 ) my people, H5971 over H5921 whom H834 I have made thee king: H4427

Updated King James Version
And God said to Solomon, Because this was in your heart, and you have not asked riches, wealth, or honour, nor the life of your enemies, neither yet have asked long life; but have asked wisdom and knowledge for yourself, that you may judge my people, over whom I have made you king:

Gerelateerde verzen
Jakobus 3:17 | 1 Samuël 16:7 | 1 Kronieken 28:2 | Jakobus 3:13 | 1 Kronieken 29:17 - 1 Kronieken 29:18 | 1 Koningen 3:28 | Spreuken 14:8 | 1 Koningen 8:18 | Spreuken 23:7 | Hebreeën 4:12 | 1 Koningen 3:11 - 1 Koningen 3:13 | Handelingen 5:4